AI ten dienste van radiotherapie in Kliniek Sint-Jan
In de behandeling van kanker speelt radiotherapie een cruciale rol. De therapie maakt gebruik van hoogenergetische straling om kankercellen te vernietigen. Precisie is daarbij van groot belang, vooral om organs at risk niet te beschadigen – organs at risk zijn gezonde organen of weefsels in de buurt van de kanker. Die afbakening is een essentieel maar vaak complex en tijdrovend proces. Innovatieve tools kunnen dat proces gelukkig versnellen, vertelt dr. Sophie Cvilic (Kliniek Sint-Jan).
Kliniek Sint-Jan in Brussel nam onlangs de AI-Rad Companion Organs RT in gebruik, een op AI gebaseerde software-oplossing die het zorgteam helpt om organs at risk en tumormassa's af te bakenen. Dr. Sophie Cvilic (foto), diensthoofd radiotherapie in het Brusselse ziekenhuis, legt de impact voor haar dienst uit.
"Vroeger spendeerden mijn technici meer dan een uur om organs at risk af te bakenen. Nu gebeurt dat in 10 à 20 minuten met een indrukwekkende precisie." De oplossing maakt het bovendien mogelijk om complexe structuren zoals de plexus brachialis of de mediastinale vaten af te bakenen met een kwaliteit die vroeger zelden werd bereikt.
'Vroeger spendeerden mijn technici meer dan een uur om organs at risk af te bakenen. Nu kan dat in 10 à 20 minuten.'
Helena Trindade, technoloog medische beeldvorming bij Kliniek Sint-Jan, bevestigt dat de tijdswinst aanzienlijk is. "Er zijn nog enkele kleine aanpassingen nodig, maar de tool vereenvoudigt ons dagelijks werk enorm en maakt het hele proces efficiënter."
Nog niet perfect
Wat houden die aanpassingen zoal in? Dr. Cvilic: "Sommige lymfekliergebieden, bijvoorbeeld gebieden 3 en 4, vereisen nog een validatie en handmatige correcties. De kwaliteit van de automatische tekeningen is uitstekend, maar het is belangrijk om kritisch te blijven toezien dat er geen fouten gebeuren."
Het gaat met andere woorden om een en-enverhaal van menselijke expertise en medische technologie: AI en andere technologieën zijn er niet om zorgverleners te vervangen, wel om ze waardevolle ondersteuning te bieden.
"Sommige kleinere of specifiekere structuren vragen nog steeds een tussenkomst van ons als technologen medische beeldvorming", vult Helena Trindade (foto) aan. De technologie bereidt voor, de technologen verifiëren de contouren en passen ze aan waar nodig. Die samenwerking levert het beste resultaat op.
Waarom de adoptie nog beperkt is
Ondanks hun grote potentieel worden oplossingen zoals die in Kliniek Sint-Jan nog niet breed ingezet in radiotherapiecentra in België. Volgens Olivier Adant van Siemens Healthineers ligt dat onder meer aan de intiële investeringskost voor ziekenhuizen, een gebrek aan specifieke financiering, uitdagingen om de technologieën te integreren in de bestaande infrastructuren en een zekere terughoudendheid tegenover innovatie.
"Als leverancier merken we op dat die obstakels een gecoördineerde aanpak vergen", legt hij uit. "Sowieso moet je de uitdaging van de financiering oplossen. Daarnaast is het belangrijk om in de juiste omkadering te voorzien, bijvoorbeeld in de vorm van opleidingen op de vloer. Dat is essentieel om de adoptie te versnellen en te zorgen dat de voordelen van dergelijke technologieën ook daadwerkelijk worden benut."
'Gestandaardiseerde normen voor de evaluatie van dergelijke tools kunnen de verspreiding op grote schaal versnellen.'
Olivier Adant pleit ten slotte voor gestandaardiseerde normen om de prestaties van dergelijke oplossingen te evalueren en te kunnen vergelijken. "Dat zou de verspreiding op grote schaal kunnen versnellen."
Voorlopers
Met de komst van AI-tools is duidelijk een nieuw hoofdstuk aangebroken in de evolutie van de radiotherapie. De kortere voorbereidingstijd en hogere precisie maken meer gepersonaliseerde en doeltreffendere zorg mogelijk.
Voor een doorbraak op grote schaal moeten we als zorgsysteem nog stappen zetten: op technisch, financieel en cultureel vlak. Maar verhalen als dat van Kliniek Sint-Jan bewijzen dat wie wil, nu al met de technologie aan de slag kan om het verschil te maken voor patiënten.